Veel gestelde vragen

Is het schriftje van juffrouw Schaap nog in de handel?

Nee, helaas. Maar als het weer beschikbaar is, laat ik het je weten. Als je je inschrijft op de Nieuwsbrief, ben je altijd als eerste op de hoogte.

Kan ik een lezing bijwonen?

Neem contact op met de organiserende vereniging. Meestal vinden ze het heel gezellig als er gasten komen. Wellicht vragen ze entree, maar dat hoor je dan wel.

Wanneer verschijnt de volgende Sanne?

Deel 15 ‘Komt goed, Sanne’ is verschenen in december 2018. Dus voor de volgende moet je nog wel even geduld hebben!

Wat is de volgorde van de Sanneboeken?

Sanne Uit het leven van Sanne Dag Sanne Sanne, Sanne Alleen Sanne Gewoon Sanne Gelukkig Sanne Zo Sanne Echt Sanne Die Sanne Zeker Sanne Het leven is leuk, Sanne Voor altijd Sanne Droom maar Sanne Komt goed, Sanne ……… Titel nog niet bekend!

Je schreef in een column over een handleiding voor werkwoordsvorming… Hoe werkt dat?

Werkwoordspelling Je hebt een werkwoordsvorm in een zin. Dan moet je eerst uitzoeken: Is het werkwoord een persoonsvorm of een voltooid deelwoord? (Voor persoonsvorm gebruik ik graag de term TIJDWOORD. Dat is meteen een handig ezelsbruggetje. Want het tijdwoord in de zin is de werkwoordsvorm die je in een andere tijd kunt zetten.) Voorbeeldzin: De slager staat vlees in de vleesmolen te gooien en daarna wordt de ham gekookt. De slager stond vlees in de vleesmolen te gooien en daarna werd de ham gekookt. Hier hebben we dus twee tijdwoorden ofwel persoonsvormen *: staat en wordt. Gooien is het hele werkwoord. De meeste mensen maken daar geen fout in. Gekookt is een voltooid deelwoord. Voor de wijsneuzen: In iedere zin staat één persoonsvorm. Dit zijn eigenlijk twee zinnen. Aan elkaar geplakt door het woordje ‘en’. Dat is het voegwoord. Persoonsvorm Tegenwoordige tijd: Vergeet alle regels. Vul in plaats van dat lastige werkwoord met die d erin gewoon het werkwoord lopen in. Hoor je een t? Schrijf dan een t. Hoor je geen t? Schrijf dan geen t. Voorbeeldzin: De chefkok (braden) de lamsbout, terwijl ik de groente (bereiden). Nu gaan we het werkwoord lopen invullen. De chefkok loopt de lamsbout, terwijl ik de groente loop.<br /> Dus: De chefkok braadt de lamsbout, terwijl ik de groente bereid. Deze truc gaat nooit mis. Verleden tijd: Verdubbel de t of de d als er al eentje in het ww staat. De stratenmakers bestraatten de straat. Dat doen de meeste mensen trouwens al goed. De kok bereidde het feestmaal. En ga zo maar door. Meervoud krijgt een n. Vergeet die niet! Voltooid deelwoord: Een voltooid deelwoord kan eindigen op een n, een d of een t. Als het op een n eindigt, is er niks aan de hand. Die n hoor je. Maar het verschil tussen de d en de t hoor je niet. Geëindigd, verhuisd, gekweld, bestraat, geschilderd… allemaal die t-klank aan het eind. Vaag doemen nu regels op van `t fokschaap en ’t kofschip…. Vergeet die regels maar weer. De laatste letter van een voltooid deelwoord hoor je door er een e achter te zetten. Geëindigde… je hoort een d. Verhuisde, je hoort een d… gekwelde, je hoort een d. En ga zo maar door. Makkelijk hè? Twijfel je? Denk je, ja een d kan, maar een t ook… Kies dan een d. Die komt nu eenmaal net iets vaker voor. Het liefst kom ik nu even met je oefenen, een groot vel papier erbij en kliederen maar. Tot ik het muntje zie vallen. Maar misschien kom je hiermee net even verder! Heel veel succes ermee. En hang dit op de WC: Persoonsvorm? Tegenwoordige tijd? LOPEN !!!! Voltooid deelwoord? E erachter zetten !!!!